Hendrik van de Leur
Architect Hendrik Christiaan van de Leur (Velsen, 1898-Nijmegen, 1994) volgde de avondopleiding tot architect, trad daarna in dienst bij het architectenbureau van de Franse benedictijner monnik-architect Dom Paul Bellot te Oosterhout. Aanvankelijk als stagiair, later als tekenaar en toezichthouder. Vestigt zich in 1929 eerst als compagnon van het bureau, na de oorlog en dood van Bellot als zelfstandig architect in Nijmegen. Daarnaast vanaf 1936 bouwkundig adviseur van bisdom Den Bosch. Hij onderscheidde zich door zijn praktische inslag. In al zijn werk blijft de invloed van zijn leermeester Bellot zichtbaar. Na de oorlog tijdens de wederopbouwperiode sloot hij zich meer en meer aan bij de Bossche School (??), wat in die jaren de algemene stijl was voor de bouw van nieuwe rooms-katholieke kerken. De Bossche Schoolarchitectuur wordt gekenmerkt door het gebruik van baksteen, beton en hout, dikke muren, diepe dagkanten, brede vensterbanken, uitpuilend voegwerk, orthogonale opzet en in het algemeen een sobere bouw.
Zijn laatste nieuwbouwkerk is de Sacramentskerk in Nijmegen-Brakkenstein (1962) (nieuw kloostercomplex plus uitbreiding bestaande kerk). Inmiddels is het gehele complex afgebroken. Na 1970 ontwierp hij nog alleen profane gebouwen zoals woonhuizen en scholen. Zijn belangrijkste werk uit deze periode is de reconstructie van een Via Orientalis in het museumpark Orientalis in Heilige Landstichting bij Nijmegen.
Tussen Maas en Waal
De O.L. Vrouw onbevlekt Ontvangenkerk te Deest (1952-1953) (inmiddels verkocht)
De Paschalis Baylonkerk te Woezik (1939)
De uitbreiding van de Antonius Abtkerk te Wijchen (1936-1939), de uitbreiding van de Johannes de Doperkerk te Ewijk (1960), de nieuwe torenspits van de Ewaldenkerk te Druten (1959), herstel van door de oorlog zwaar beschadigde toren en torenspits van de Barbarakerk te Dreumel (1960)
Bron
Hendrik Christiaan van de Leur, architect (1898-1994) (www.hcvandeleur.nl)
Hendrik Christiaan van de Leur-wikipedia